Beekvliet / Het Entel (Borculo)

Op deze pagina vindt u informatie over Beekvliet.

Ligging

Aan de samenvloeiing van de Berkel en de Slinge, bij het plaatsje Borculo (Beekvliet 1-2)

Ontstaan

Een eerste vermelding dateert van 15 april 1421, destijds Het Entel genaamd.

Geschiedenis

Een oud landgoed is Beekvliet niet en het ontstond ook niet in een keer. De boerderij Het Entel moeten we zien als de oorsprong van het latere landgoed.
De eerste vermelding dateert van 15 april 1421, wanneer Otto van Bronckhorst, heer van Borculo, het hem toebehorende goed Het Entel als onderpand geeft. Dit goed, waarvan de oorspronkelijke naam Entelaar is, moet al veel ouder zijn, maar bronnen die dit bevestigen, ontbreken helaas. Zo´n zestig jaar later lezen we in de schatting van het Kwartier van Zutphen de naam Tenteler, maar dat is niets anders dan een samentrekking van lidwoord en naam.
Tot 1553 blijft het goed aan het geslacht Van Bronckhorst, wanneer in genoemd jaar Joost, eerste en tevens laatste graaf van Bronckhorst kinderloos komt te overlijden. Na de dood van zijn weduwe Maria van Hoya in 1579 rijzen er talloze problemen met betrekking tot de erfopvolging van de heerlijkheid Borculo. Uiteindelijk wezen de Staten van Gelderland Borculo in 1615 toe aan Joost graaf van Limburg Stirum, die dan ook Het Entel in zijn bezit krijgt. Zijn kleindochter Maria Magdalena, douairière van Hendrik graaf van Nassau-Siegen, voegt Het Entel bij Den Wildenborch te Vorden, sedert 1544 eveneens een Van Limburg Stirum-bezitting. Zij verkoopt alles in 1700 aan Frederik van Heyden, maar na de Von Heyden's ontstaat een reeks processen om de erfenis en uiteindelijk wordt in 1757 Lodewijk van Bylandt door koop eigenaar.
Lodewijk en zijn opvolger, zijn neef Frederik Sigismund van Bylandt hebben meer aankopen gedaan in de buurt, maar in 1832 verkoopt laatstgenoemde zijn bezit, dat dan al min of meer en landgoed genoemd kan worden, aan het Zutphense echtpaar Jan Derk Langenberg en Johanna Maria Adriana von Knuth. Zij zochten een beleggingsobject, want het jaar daarvoor hadden zij De Ehze bij Almen verkocht.
Het is dit echtpaar dat Het Entel zal uitbreiden tot wat thans het landgoed Beekvliet is. Al zo'n tien jaar later kunnen zij hun bezit fors uitbreiden, wanneer in 1843 de marke Zwiep en Boschheurne opgeheven worden. Iedere gewaarde kreeg zijn aandeel in de woeste grond, maar niet iedereen was daar gelukkig erg mee. Vooral de kleinere boeren zagen geen mogelijkheid om die grond te ontginnen, want mankracht, mest en geld ontbraken meestal. Zodoende hebben de grotere en meer kapitaalkrachtige landeigenaren kans gezien om deze gronden van de rechthebbenden te verwerven.
Een gedeelte van het landgoed vererfde met het landhuis op de huidige eigenaar.
Op het landgoed verrees in de vorige eeuw een zomerhuis, mogelijk in combinatie met een herenboerderij. De toenmalige eigenaressen, de dames Johanna Maria van de Kasteele en Anna Geertruida Gelderman-van de Kasteele, lieten in 1902 het huidige huis bouwen, eveneens bedoeld als zomerverblijf.

Eigenaar/Bewoners

Mr. Arnold Edzard Gelderman 

Huidige doeleinden

Privé bewoning

Toegankelijk

Landgoed toegankelijk (Natuurmonumenten), het huis en directe omgeving zijn niet toegankelijk voor het publiek.
Foto's
Bronnen Jan Harenberg -  "Eens bolwerk van de adel, kastelen en landhuizen in de Achterhoek en Liemers" (ISBN 90 6469 748 5 Canaletto/Repro-Holland 1999)